Wat is Elfstedenkoorts?

Elfstedentocht 1941
Wat is Elfstedenkoorts?

Gepubliceerd: 23-12-2016

Laatste update: 05-12-2023

Als het kwik amper een week onder nul is en de eerste waaghalzen de ijzers onderbinden om op nog twijfelachtig natuurijs te schaatsen, dan valt al het E-woord: Elfstedentocht. De toertocht en wedstrijd zet het hele land op z’n kop. Als-ie gereden wordt tenminste, want dat komt maar zelden voor. Waarom zijn we zo in de ban van die tocht der tochten?

Redacteur: Eva Munnik

De laatste Elfstedentocht: 1997

De laatste Elfstedentocht in vogelvlucht.

Spruitjesteler Henk Angenent uit Alphen aan den Rijn wint de Elfstedentocht van 1997.

Wat zijn onze Elfstedentochtherinneringen?

“Bartlehiem” roept de een en “it giet oan” citeert de ander. Zeg Elfstedentocht en iedereen heeft er wel een verhaal bij. Veel mensen denken terug aan boer Evert van Benthem, gepensioneerden beginnen over de horror van 1963 en de jongste generatie die bewust een tocht meemaakte, krijgt nog buikpijn van het ‘drama’ van Piet Kleine. De postbode finisht in 1997 als vijfde maar heeft een stempelpost gemist. Televisiecamera’s leggen vast hoe hij de post in Hindeloopen voorbij schaatst: hij was er dus wel! Maar toch wordt hij gediskwalificeerd. Spruitjesteler Henk Angenent wint die Elfstedentocht, de laatste tot nu toe.

"Doordat ik op kop reed, reed ik dus voorbij de stempelpost."

De beroemdste Elfstedentocht is die van 1963, beter bekend als "de Hel van '63."  Ook "hellegang" en "marteltocht" zijn veel gebruikte omschrijvingen voor deze editie. De twaalfde tocht is de zwaarste ooit vanwege de extreme weersomstandigheden. Bij de start vriest het achttien graden, een noordoosten wind steekt op en de gevoelstemperatuur is enorm laag. Ook sneeuwt het en het ijs zit vol scheuren en bobbels. Reinier Paping doorstaat al deze ontberingen en wint met een tijd van tien uur en 59 minuten. Ondertussen worden de weersomstandigheden voor de rest van de deelnemers steeds slechter. Slechts 69 van de 9294 toertochters weten onder deze Siberische omstandigheden het Elfstedenkruisje te bemachtigen.

"Tegenwind vanaf Stavoren, dat was niet best." De hele aflevering zien? Kijk op NPO Start.

Na een pauze van 22 jaar kan de Elfstedentocht in 1985 en 1986 twee keer achter elkaar gereden worden. Beide jaren wint veehouder Evert van Benthem. Vrouwen mogen tot 1985 niet aan de wedstrijd deelnemen. Maar vanaf 1985 starten de vrouwen voor het eerst bij de mannelijke wedstrijdrijders. Lenie van der Hoorn komt als eerste vrouw over de finish. Ze eindigt drie kwartier achter de snelste man, Van Benthem. 

In 1985 sprint Van Benthem zelfs met een kapotte schaats als eerste over de finish. De boer uit Overijssel is op slag een bekende Nederlander, want dit keer heeft het hele land de tocht op televisie kunnen volgen, in kleur nog wel. Overigens wint hij beide keren zonder volledige stempelkaart, maar bij hem knijpt de organisatie – in tegenstelling tot later bij Piet Kleine – wel een oogje toe.

"Ik had nog nooit wat groots gewonnen."

Elfstedentocht Hindeloopen brug bruggetje

In 1986 doet in het diepste geheim ook kroonprins Willem-Alexander mee, onder de schuilnaam W.A. van Buren. De 18-jarige heeft een weddenschap met een vriend afgesloten dat hij de tocht kan uitrijden. Pas tijdens het evenement wordt bekend dat de kroonprins meeschaatst. Na afloop valt Willem-Alexander uitgeput in de armen van zijn trotse ouders, koningin Beatrix en prins Claus, die hem opwachten bij de eindstreep.

Hoe werd de Elfstedentocht een traditie?

Discutabel volksvermaak, zo ziet de beroemde schilder Jeroen Bosch schaatsen vermoedelijk. Hij legt rond 1500 als allereerste schaatsers vast op doek, maar wel in een meesterwerk over zondige verleidingen. Goddeloos of niet, Nederland heeft een schaatscultuur zoals geen enkel ander land ter wereld. "Als het gaat vriezen, ontdooien de Hollanders," luidt het gezegde. Op het ijs vallen rangen en standen weg. Hoe populair schaatsen is, blijkt uit een gemeentelijke verordening uit 1490. Gouda verbiedt inwoners om de straten bij vorst onder water te zetten. Blijkbaar doen de Gouwenaars dat om van hun stad één grote ijsbaan te maken.

Maar schaatsen levert niet alleen pret op, het is ook nuttig. Van oudsher gebruiken Nederlanders in de winter de sloten en plassen van ons waterrijke land om lange afstanden af te leggen. Met name in een tijd dat er amper wegen zijn en sommigen zich geen paard kunnen veroorloven, is de schaats een ideale vervoersmethode.

Elfstedentocht Hendrick Avercamp Winterlandschap met schaatsers bij de stad Kampen

Hendrick Avercamp, IJsvermaak bij een stad, gemaakt rond 1620.

Honderden jaren geleden schaatsen de eerste ijsliefhebbers naar alle Friese steden. Zo vertelt een gedicht uit 1749 hoe Pier uit Bolsward dat deed:

"Het baasje, dat gelijk een vogel door de lucht, kon vliegen over ‘t ijs. ‘t Is Pier, die de ellef steden van Friesland op één dag heeft in het rond gereden."

In de winter van 1890 op 1891 wordt het een ware rage om deze prestatie te leveren. Het is een erg strenge winter en maandenlang zijn alle sloten en meertjes in Nederland bevroren. Honderden ijsliefhebbers uit het hele land binden de ijzers onder om van Friese stad naar Friese stad te rijden. Stempelposten zijn er niet, maar het bewijs komt van handtekeningen van herbergiers langs de route. De zusjes Lysbeth en Akke Swierstra slagen er als eerste vrouwen in. Ook sportpromotor Pim Mulier lukt het, hij vraagt als bewijs in elke plaats een handtekening aan een inwoner.

Elfstedentocht Pim Mulier

Helemaal rechts Pim Mulier, op een ijsbaan in Den Haag in 1937.

Pim Mulier wordt ook wel als grondlegger van de Elfstedentocht beschouwd. Hij zet de Friesche IJsbond aan tot het houden van het eerste officiële evenement. In 1909 staan 23 schaatsers in hun zondagse kleren aan de start om de Elfstedentocht te rijden. Slechts negen van hen halen de finish. De IJsbond wil het daarbij laten, maar Mindert Hepkema, jurist uit Leeuwarden, is het daar niet mee eens. Tot zijn grote frustratie heeft Hepkema zelf deelname aan de Elfstedentocht gemist. Hij was op familiebezoek in Hamburg toen bekend werd dat de tocht gereden zou worden. Halsoverkop haastte de 28-jarige Fries zich terug, maar hij was te laat met inschrijven. Samen met een aantal enthousiaste Friezen richt Hepkema in januari 1909 de Vereniging de Friesche Elf Steden op. In 1912 organiseren zij de tweede Elfstedentocht. Hepkema houdt in totaal zeven tochten, waarvan hij er twee zelf rijdt.

Eerste filmbeelden van een Elfstedentocht.

Historisch zijn de twee tochten die in de Tweede Wereldoorlog worden gereden. De Duitse bezetters geven toestemming om het evenement te houden. Op 6 februari 1941 wordt deelnemers op het hart gedrukt om het evenement niet te gebruiken voor protest tegen de bezetters. Bij de tocht in 1942 mag van de Duitsers de finish geen finish heten omdat dat een Engels woord is, en de Engelsen zijn de vijand. Daarom staat er ‘eindcontrole’ op het spandoek bij de finish.

Elfstedentocht 1942

Elfstedentocht 1942: stoere Friezinnen dragen een schaatser naar de controlepost zodat de ijzers onbeschadigd bleven.

Hoe werkt de Elfstedentocht?

De Elfstedentocht is zowel een wedstrijd als een toertocht over natuurijs. De route loopt tweehonderd kilometer lang langs de elf Friese plaatsen die ooit stadsrechten kregen. De start is in Leeuwarden en verder rijden de schaatsers langs Sneek, IJlst, Sloten, Stavoren, Hindeloopen, Workum, Bolsward, Harlingen, Franeker, Dokkum en dan over de Bonkevaart weer terug naar de finish in Leeuwarden. Bartlehiem is een bekend dorp op de route omdat schaatsers er twee keer langskomen. Bij elke stad zijn controleposten waar deelnemers persoonlijk hun kaart moeten laten stempelen. Ook is er een aantal geheime controleposten om valsspelen te voorkomen.

"Mevrouw, een stempeltje!"

Deelnemers moeten het hele traject schaatsen, maar op sommige stukken – waar echt niet geschaatst kan worden – mogen ze klunen, dat is lopen op schaatsen. Toertochtdeelnemers die vóór middernacht finishen, krijgen het Elfstedenkruisje. Wedstrijdrijders hebben recht op het kruisje als ze de tijd van de winnaar met niet meer dan twintig procent overschrijden. De eerste elf mannen en vrouwen bemachtigen bovendien een medaille. De winnaar bij de vrouwen wordt met een wisselbeker beloond en de snelste man met de Pim Mulier-wisselprijs, een zilveren schotel. Vaak volgt nog een huldiging in de woonplaats van de winnaar.

De huldiging van Henk Angenent

De huldiging van Henk Angenent in zijn woonplaats Alphen aan den Rijn.

Henk Angenent wordt rondgereden in en Cadillac.

Is deelname aan de Elfstedentocht alleen voor een paar mazzelaars weggelegd?

Goed nieuws voor wie ervan droomt ooit nog eens de Elfstedentocht te rijden: als het er weer van komt, is het makkelijker om mee te doen dan voorheen. Tenminste, als je op 1 juni 2014 al lid was van de koninklijke Vereniging de Friesche Elf Steden. Iedereen die op die datum ingeschreven was en dat nog steeds is, mag de volgende keer meedoen. Tot nu toe moest er geloot worden, maar tegenwoordig kunnen er meer mensen meerijden. Dat is onder meer aan de nieuwe ijshal te danken en aan toegenomen kennis over de draagkracht van ijs. Ook meer verschillende starttijden voor groepen deelnemers en betere maatregelen tegen zwartrijders maken het mogelijk dat alle ruim 30.000 leden meerijden. Vroeger was dat wel anders en liepen de emoties bij schaatsliefhebbers die buiten de boot vielen soms hoog op.

De inschrijving in 1986

De wedstrijd heeft veel minder deelnemers dan de toertocht: 220 mannen en 120 vrouwen. Ze moeten zich de dag voor de tocht inschrijven in de Elfstedenhal in Leeuwarden. Op de dag van de tocht vertrekken de mannelijke wedstrijdschaatsers om 5.15 uur 's ochtends en de vrouwen om 5.30 uur. Deelnemers moeten zelf een slaapplek zoeken. De Vereniging de Friesche Elf Steden roept inwoners van Leeuwarden op om een slaapplek ter beschikking te stellen.

"U heeft er alles voor over, zegt u?"

Kun je valsspelen bij de Elfstedentocht?

Er is op grote schaal een scheve schaats gereden door deelnemers aan de Elfstedentocht. In 1947 moeten de eerste vier binnengekomen rijders hun prijs zelfs afstaan, omdat ze hulp hebben gekregen van het publiek. Niet alleen dit viertal overtreedt tijdens deze tocht de regels: twintig procent van de deelnemers blijkt gefraudeerd te hebben. Schaatsers hebben stukken per fiets of taxi afgelegd of ze hebben de wind voor zich laten vangen door frisse schaatsers die helemaal niet meededen aan de tocht. In eerste instantie wordt Joop Bosman gehuldigd als winnaar, maar de Vereniging de Friesche Elf Steden draait dit maanden later terug. Bosman blijkt door een stel dorpelingen met een handkar langs een moeilijk begaanbare kluunplaats te zijn gereden. En ergens anders is de automonteur gedragen. Jan van der Hoorn uit Ter Aar krijgt de eerste prijs. De uit het klassement geschrapte rijders zijn verbolgen over deze beslissing, die tot op de dag van vandaag omstreden is. Deelnemers zijn boos op de ‘klikspanen’ die bij de organisatie melden welke regels overtreden zijn. Bovendien zouden bij alle tochten omwonenden de helpende hand bieden, de schaatsers wisten misschien niet eens dat ze de regels overtraden.

"We leken wel misdadigers." De hele aflevering zien? Kijk op NPO Start.

In 1963 zouden schaatsers doping gebruikt hebben. In Andere Tijden Sport vertelt oud-rijder Jeen van den Berg – die als derde eindigde bij die tocht – dat mede-schaatser Anton Verhoeven hem "spul waar hij weer fit van werd" aanbood.

Verder rijden er bij elke tocht schaatsers zonder startbewijs mee. De organisatie controleert streng op deze zwartrijders maar toch glippen er bij elke editie wel een paar door. Bij de laatste Elfstedentocht in 1997 rijden enorm veel schaatsers illegaal mee, naar schatting wel dertig procent. Zelfs de laatste deelnemer, die net voor middernacht binnenkomt en door voorzitter Kroes van de Vereniging de Friesche Elf Steden wordt opgevangen bij de finish, blijkt later geen startbewijs te hebben.

Zwartrijder Henk: "Ik deed net alsof ik ging stempelen." 

Hoe gevaarlijk is de Elfstedentocht?

Geheel zonder risico is deelname aan de tocht der tochten niet. Er zijn al heel wat vingers, tenen en zelfs een neus gesneuveld. In 1942 ligt het Leeuwarder Diaconessenziekenhuis vol met schaatsers die bevroren ogen, oren, blazen en geslachtsdelen hebben. Hun bedden staan in de Tuinzaal die al snel de bijnaam ‘tenenzaal’ krijgt vanwege de tenen die er soms spontaan van voeten vallen. Drie schaatsers overlijden later aan een tetanusinfectie in hun bevriezingswonden.

Bevriezing is ook bij latere tochten het grootste gevaar, zelfs ogen kunnen bevriezen waardoor schaatsers amper meer zien. Tijdens de Elfstedentocht in 1997 wordt een 57-jarige man uit Brabant dood gevonden op het ijs, vermoedelijk begaf zijn hart het door de inspanning en de kou. Tijdens die meest recente tocht lopen honderden schaatsers botbreuken, bevriezingen en snijwonden op. Eén deelnemer aan de toertocht verliest bij een botsing tegen een brug zelfs zijn neus. Plastisch chirurgen weten de neus van de 41-jarige man na maanden te reconstrueren.

Toch worden Elfstedenschaatsers ouder dan de gemiddelde Nederlander, zo blijkt uit een onderzoek door The British Medical Journal in 1990[1]. Wetenschappers constateren dat deelnemers aan de tocht van 1956 aanmerkelijk langer leven dan de meeste Nederlanders. Na dertig jaar ligt het sterftecijfer nog zeventien procent lager dan het gemiddelde.

"Er scheen een stuk van mijn neus af te zijn."

Staan vrouwen hun mannetje op de Elfstedenschaats?

Op het ijs vallen niet alleen van oudsher rangen en standen weg, maar ook mannen en vrouwen zijn aan elkaar gewaagd. Toch hebben vrouwen de afgelopen honderd jaar een ondergeschikte rol in de Elfstedentocht. Tot en met 1940 ontvingen slechts achttien vrouwen het kruisje. Jikke Gaastra uit Leeuwarden schaatst als eerste vrouw de Elfstedentocht, in 1912. Gaastra komt in Sneek net te laat aan bij de stempelpost, maar krijgt toch het Elfstedenkruisje omdat ze wel alle elf plaatsen heeft gehaald. Janna van der Weg volbrengt als eerste vrouw de hele tocht in 1917.  

Sjoerdje Faber rijdt in 1940 als enige vrouw de tocht uit en in totaal rijdt ze de schaatsmarathon vijf keer, één keer meer dan haar man. Faber doet herhaaldelijk het verzoek om aan de wedstrijd mee te mogen doen, maar dat wordt steeds geweigerd. In 1942 schrijven de vrouwen zich dus maar weer in voor de toertocht, maar ze zijn er niet minder competitief om. De 21-jarige Antje Schaap uit Wirdum verslaat bijna alle toertochters, inclusief de mannen, en eindigt sneller dan honderden wedstrijdschaatsers, die eerder gestart zijn.

Sinds 1985 kunnen ook vrouwen aan de wedstrijd meedoen. Lenie van der Hoorn is de snelste vrouw dat jaar en in 1986 gaat de eer naar Tineke Dijkshoorn. 

"Ik weet niet wat me overkomt! Fantastisch"

In 1997 eindigt de zwangere Klasina Seinstra als eerste vrouw, maar bij de finish is er geen krans voor haar. De winnaar bij de mannen, Henk Angenent, redt de situatie door zijn krans met Seinstra te delen. Als er weer een tocht komt, zal er een aparte wedstrijd voor vrouwen zijn met een officiële winnares. En een eigen krans natuurlijk.

Een krans voor winnares Klasina Seinstra.

Giet it oan? (En wie bepaalt dat?)

Sinds 1909 is de Elfstedentocht slechts vijftien keer gereden, de laatste keer was in 1997. Om een tocht te kunnen houden, is een ijsdikte van minstens vijftien centimeter vereist. Het moet een week lang flink vriezen: min tien graden Celsius of meer. Maar het gaat niet alleen om het kwik. Van de vijftien tochten in de twintigste eeuw werden er drie met dooi gereden. Het gaat vooral om de kwaliteit van het ijs en die wordt ook beïnvloed door andere factoren.

Assistent-rayonhoofd zakt door ijs

Assistent-rayonhoofd Hans van der Zee zakt door het ijs dat ondanks experimenten met plastic nog niet sterk genoeg is. (1996)

Na de tocht in 1963 wordt er 22 jaar lang geen Elfstedentocht gereden. Het zijn zachte winters die jaren en op het moment dat het wel koud genoeg is – zoals in de winter van 1979 – gooit hevige sneeuwval roet in het eten. 

Elfstedentocht Brandweerduiker eenden ijs

Brandweerduiker verjaagt eenden voor ijstransplantatie in Sneek. (1997)

Soms wordt het ijs een handje geholpen, bijvoorbeeld met ijstransplantaties. Dat gebeurt voor het eerst op grote schaal in 1997. Met kettingzagen haalt de brandweer blokken ijs uit nabijgelegen water. De brandweerlieden vervoeren de blokken naar wakken om ze daar in het koude water te verankeren. Ook het spuiten van warm water kan helpen.

De brandweer spuit een laagje water op het ijs.

It giet oan!

Elfstedentocht ijs sloot

De route bestaat uit 22 rayons en elk gebiedje heeft een rayonhoofd die over de doorgang van dat deel gaat. Als er een goede ijslaag ligt, komen de hoofden bij elkaar om de kwaliteit van het ijs te bespreken.

De rayonhoofden gaan in vergadering.

In 1997 spreekt voorzitter Henk Kroes van de Vereniging de Friesche Elf Steden na afloop van zo’n overleg de inmiddels legendarische woorden “it giet oan” om in het Fries aan te geven dat de tocht gereden kan worden. In 2008 publiceert het tijdschrift Climatic Change[2] berekeningen die erop wijzen dat de Elfstedentocht de afgelopen eeuw vier keer vaker gehouden had kunnen worden, in 1939, 1979, 1987 en 1996.

IJsmeester Kroes spreekt de beroemde woorden.

Wat is Elfstedenkoorts?

De aankondiging van een horrorwinter maakt schaatsliefhebbers blij, want misschien komt het er dit jaar dan eindelijk weer van. Het Algemeen Nederlands Woordenboek omschrijft Elfstedentochtkoorts als "hevig gevoel van onrust en opwinding dat over Nederland komt wanneer een vorstperiode enkele dagen aanhoudt en het ijs goed genoeg dreigt te gaan worden voor het houden van een Elfstedentocht."[3] Een ander online woordenboek is bondiger en houdt het op "Zenuwachtige spanning met betrekking tot de Elfstedentocht."

Waarom zijn wij bijna allemaal, schaatsers of niet, Fries of Limburger, zo bevattelijk voor het Elfstedenvirus? Wat is de magie van deze schaatsmarathon? Waarom spreekt de tocht der tochten zo tot de verbeelding? De verklaring ligt waarschijnlijk in het oer-Hollandse van de sport, de inspanning in hevige weersomstandigheden, ontberingen en kou. En ook de saamhorigheid. Zo besluiten vijf wedstrijdschaatsers in 1956 om allemaal tegelijkertijd over de finish te gaan. Ze hebben urenlang samen gereden in het barre weer en willen nu niet tegen elkaar sprinten.

Elfstedentocht: finish 1956

Het heroïsche, het sportieve, het typisch Nederlandse schaatsen. Het maakt allemaal dat heel het land op z’n kop staat als het Friese evenement weer wordt gehouden. En dat de meest koortsigen onder ons in een depressie schieten als het toch weer gaat dooien en de tocht niet door kan gaan.  

"Ik wil zo graag die Elfstedentocht rijden."

Ook door de media is de tocht een nationaal volksfeest geworden. Vanaf de allereerste editie in 1909 krijgt het evenement al veel aandacht. Landelijke kranten sturen hun beste verslaggevers naar Friesland. In 1954 zijn voor het eerst beelden op televisie te zien. In 1963 heeft de tocht een primeur: het journaal toont rechtstreekse beelden van de schaatsers in Bartlehiem. In 1985 wordt de zitting van de Tweede Kamer voor de finish geschorst, onderbreekt de koningin haar vakantie en komt de Amsterdamse effectenbeurs stil te liggen. De tocht van 1997 haalt negen miljoen televisiekijkers en de NOS zet vierhonderd medewerkers in.

"Hapklare brokken Elfstedennieuws."

Het kabinet besluit in 2000 dat de tocht onder de eerste categorie evenementen valt en nooit achter een decoder mag. Leuk, maar sindsdien is er geen tocht meer geweest. Toch doet dat gegeven niets af aan de Elfstedenkoorts. Het feit dat de Elfstedentocht een zeldzaam fenomeen is, draagt alleen maar bij aan de mythische proporties van het evenement.

"Dit is een nacht om nooit meer te vergeten." 

Wanneer is de volgende Elfstedentocht?

De grote vraag voor iedereen die het virus te pakken heeft: wanneer is er weer een Elfstedentocht? Het is nu al decennia geleden!

"Je weet het niet." 

"Het kan vriezen, het kan dooien," is een flauw antwoord op de wanneer-vraag, maar zo is het wel. Nederland heeft vrij milde winters en het is pas een schaatswinter als de wind uit het oosten of noordoosten komt. De kans daarop is per dag 35 procent. Voor een Elfstedentocht heb je meerdere van zulke dagen nodig dus komt het niet vaak voor dat de weersomstandigheden geschikt zijn.

Welke weersomstandigheden geven goed ijs?

En dan is er nog de klimaatverandering. De aarde warmt op. Het nieuwste rapport van IPCC, Intergovernmental Panel on Climate Change[4], zegt dat de gemiddelde temperatuur op aarde in het jaar 2100 gemiddeld 1,5 tot 5,8 graden Celsius hoger is. Het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) heeft zich aan een schatting van het aantal Elfstedentochten in de eenentwintigste eeuw gewaagd, daarbij rekening houdend met de gemiddelde wintertemperatuur en de maximale ijsdikte in de afgelopen eeuw in Friesland. Ook de opwarming van de aarde is meegenomen. De onderzoekers komen uit op vier tot tien tochten in de eenentwintigste eeuw, waarvan de meesten in de eerste helft. Wetenschappers Vissers en Petersen schatten dat er gemiddeld eens in de achttien jaar een Elfstedentocht gehouden kan worden. Dan kan dus ieder moment gebeuren. Zoals wijlen Jeen van den Berg, winnaar van de Elfstedentocht 1954, zei: "Elke dag is de volgende Elfstedentocht een dag dichterbij."

"Ik heb mij twee weken werkelijk grenzeloos geërgerd."

Elfstedentocht Henk Angenent op kop

Geraadpleegde bronnen

    En je weet het!

    Anderen het laten weten?

    auteur

    Door Eva Munnik

    Ook interessant

    om te weten