Hoe werd studeren toegankelijker?

studenten in collegezaal
Hoe werd studeren toegankelijker?

Gepubliceerd: 6-2-2017

Laatste update: 07-04-2021

Studeren kost geld. Dat weet Koning Willem I al als hij begin negentiende eeuw een klein aantal studenten een beurs geeft. Sindsdien is er veel op het gebied van studiefinanciering gebeurd. Is studeren door de beurzen toegankelijker geworden? En wanneer is de basisbeurs in het leven geroepen?

Voor wie zijn de eerste studiebeurzen?

De eerste Nederlandse universiteit opent al in 1575 in Leiden haar deuren. Studeren is dan vooral voor rijke mensen. Een studie kost in die tijd 200 gulden per jaar. Dat is ongeveer hetzelfde als het jaarsalaris van een ambachtsman, zoals een timmerman. Een studie aan de universiteit is voor hen niet te betalen.

eerste universiteiten in Nederland
Academiegebouw Universiteit Leiden

Alleen een theologiestudie is een optie. De studie is niet populair bij kinderen van rijke ouders, omdat je er niet veel mee verdient. Zij studeren liever rechten of geneeskunde: studies met status. Er is daardoor een tekort aan predikanten. Om toch studenten aan te trekken, komen particulieren en kerken met studiebeurzen voor kinderen uit de middenklasse.

Vanaf welk moment komen er ook beurzen van de overheid?

Pas in 1815 komt ook de overheid met een beurs, onder Koning Willem I. Met die beurs kunnen studenten ongeveer een derde van hun jaarlijkse studiekosten betalen. De universiteit wijst zelf aan wie zo’n beurs krijgt. Het eerste jaar krijgen zeventig studenten een studiebeurs, verdeeld over de universiteiten van Leiden, Groningen en Utrecht.

Willem I studentenbeurzen
Koning Willem I

De studiebeurzen maken onderwijs niet bereikbaarder voor kinderen uit alle lagen van de bevolking. De eerste beurzen komen vooral terecht bij het verarmde deel van de elite. Universiteiten vinden dat die kinderen toch een kans moeten krijgen om te studeren, omdat dit nu eenmaal hoort bij de status van hun ouders, die van adel zijn.

Pas een eeuw later komt er een wet waarin staat dat hoger onderwijs toegankelijk moet worden voor alle sociale klassen in Nederland. In de jaren daarna krijgen meer studenten uit lagere inkomensgroepen een beurs dan studenten met rijke ouders. Maar het gaat nog altijd niet om grote aantallen.

Als je terugblikt op de afgelopen honderd jaar zie je dat de universiteiten langzaamaan bereikbaarder worden voor de middenklasse. Toch duurt het tot na de Tweede Wereldoorlog voordat je echt een effect ziet van de studiebeurzen. Het aandeel van studenten uit de lagere en middenklassen neemt tussen 1949 en 1971 toe van de helft naar ongeveer twee derde van het totaal aantal studenten. Ook zie je dat studenten zelf graag willen studeren zonder financiële hulp van hun ouders en onafhankelijk willen zijn. Het zijn de eerste stappen naar een beurs voor iedereen, onafhankelijk van het inkomen van de ouders.

"Grote steden hebben wel hun verleidingen. Zeker als studenten met kunstenaars in contact komen."

Wanneer komt er een basisbeurs voor iedereen?

Vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw demonstreren studenten regelmatig. Een studiebeurs moet volgens hen een recht van iedereen zijn. Ze pleiten zelfs voor een studieloon, maar daar komt het nooit van.

De bezetting van het Maagdenhuis in 1969 is een van de eerste en bekendste voorbeelden van studentendemonstraties.

In 1986 legt de politiek de studiefinanciering officieel vast in de wet. Alle studenten krijgen vanaf dat jaar een basisbeurs, onafhankelijk van het inkomen van hun ouders. Het bedrag is iets meer dan 600 gulden (circa 275 euro) per maand. Voor studenten in die tijd veel geld. Deze basisbeurs heeft het bijna dertig jaar volgehouden, maar is in de loop van de jaren wel uitgekleed.

Om de zoveel jaar laat de studentenbeweging daarom weer van zich horen. Grote studentenprotesten zijn er bijvoorbeeld in 1994 als in het hele land wordt gedemonstreerd tegen de bezuinigingen van de regering. De angst is dat studeren voor sommige studenten te duur wordt.

Onderweis onderwijs

Waarom wordt de basisbeurs weer afgeschaft?

Eind 2014 stemt de Tweede Kamer in met het afschaffen van de basisbeurs. Belangrijkste aangevoerde reden: investeringen in het onderwijs mogelijk maken. Met de afschaffing komt 800 miljoen euro vrij. Geld dat het ministerie – onder andere door de economische crisis – anders niet zomaar beschikbaar heeft. Om het hoger onderwijs toch toegankelijk te houden voor iedereen wordt het studieleenstelsel bedacht, in combinatie met de al bestaande aanvullende beurs.

"Ik ben best wel een beetje boos."

Studenten krijgen vanaf dat moment geen geld meer, maar kunnen het lenen. Wel heb je recht op een aanvullende beurs als je ouders minder dan 46.000 euro verdienen. Deze is maximaal 365 euro per maand. En ook de ov-jaarkaart blijft, al zijn de voorwaarden voor reizen aangepast. Ben je klaar met studeren? Dan begint het terugbetalen. Dit mag over 35 jaar worden uitgespreid. Hoeveel je betaalt hangt af van je inkomen. De rente is relatief laag, in ieder geval een stuk lager dan bij de bank. Elke vijf jaar wordt het rentepercentage opnieuw vastgesteld.

studeren_basisbeurs studenten protesten

Het verdwijnen van de basisbeurs gaat niet zonder slag of stoot. Veel politieke partijen en onderwijsinstellingen vragen zich af: blijft studeren nog wel betaalbaar voor iedereen? Ondertussen geven al meerdere partijen aan dat ze het leenstelsel niet meer steunen. Gaat de basisbeurs dan toch weer terugkomen?

In het kort

  • Studeren is voor lange tijd alleen voor rijke mensen. Particulieren en de kerk delen de eerste beurzen uit voor een studie theologie, omdat er een tekort is aan predikanten.

  • Pas in 1815 komt de overheid met de eerste studiebeurzen, onder koning Willem I. Deze komen vooral terecht bij kinderen van verarmde adel.

  • Studiefinanciering wordt in 1986 in de wet vastgelegd. Alle studenten krijgen vanaf dat jaar een basisbeurs van iets meer dan 600 gulden per maand.

  • Eind 2014 stemt de Kamer in met het afschaffen van de basisbeurs. Zo komt 800 miljoen euro vrij die de politiek wil investeren in het onderwijs.

En je weet het!

Anderen het laten weten?

Ook interessant

om te weten